Ria Freijsen

Vitaliteit in slechts 2 coachgesprekken!

In deze blog willen we je graag vertellen over:

  1. Wat is eigenlijk vitaliteitscoaching?
  2. Waarom is vitaliteitscoaching juist nu zo belangrijk?
  3. Waardoor geven 2 coachafspraken meer energie en minder stress?
  4. Welke ervaringen heeft Inge met onze aanpak (praktijkvoorbeeld)?

1. Wat is eigenlijk vitaliteitscoaching?

Een vitaliteitscoach richt zich op de vitaliteit van mensen in de meest brede zin van het woord. Het gaat hierbij niet alleen om fysieke gezondheid en levensstijl, maar juist ook om mentale aspecten. Positief denken en waar kom je je bed voor uit zijn belangrijke pijlers binnen vitaliteit. Doel van vitaliteitscoaching is, dat mensen zich energieker voelen, minder stress ervaren en meer in balans zijn met zichzelf en met het leven.

Wat doen wij? Vitaliteitscoaching in slechts 2 afspraken!

Esther von Faber en ik zijn ervaren vitaliteitscoaches. Beiden met ruim 20 jaar coachervaring. We hebben in de afgelopen jaren veel mensen begeleid met energie- en motivatie issues en met herbezinningsvragen. Ook hebben we mensen stapsgewijs geholpen om uit een burn-out te komen.

Wij geven op een eigen en laagdrempelige manier vorm aan vitaliteitscoaching:

* Kort en krachtig: 2 coachafspraken van 1,5 à 2 uur.
* Op maat: iedere medewerker kiest zelf welk onderwerp hij of zij wil bespreken.
* Veiligheid: geen verplichte terugkoppeling naar de leidinggevende.
* Betaalbaar: max. 2 gesprekken per medewerker, dus geen lange en kostbare trajecten.
* Succes verzekerd: iedereen gaat met energie, praktische tips en acties naar huis.

2. Waarom is vitaliteitscoaching juist nu zo belangrijk?

Nu we een jaar verder zijn sinds Corona is uitgebroken geven zowel werknemers als werkgevers aan, dat de werkdruk is toegenomen en het werkplezier is afgenomen. Dit leidt onder andere tot een toename van stress- en motivatieklachten, zowel op individueel als op teamniveau. Werkgevers realiseren zich steeds meer, dat investeren in vitaliteitscoaching bijdraagt aan fitte en gemotiveerde medewerkers. Maar ook in het voorkomen van (langdurig of frequent) ziekteverzuim  (= hoge kosten).

Geluiden uit onze coachpraktijk:

  • Ik kan mezelf steeds moeilijker motiveren voor mijn werk.
  • De communicatie is afstandelijker omdat we elkaar alleen nog maar online zien.
  • Mijn werk vond ik zo leuk vanwege de dynamiek, nu spreek ik klanten alleen online.
  • Alles loopt nu door elkaar heen: werk, privé, ouder-zijn, werknemer-zijn, kinderen lesgeven.
  • Ik ervaar werkdruk en kom onvoldoende aan mezelf toe.
  • Ik merk dat ik me steeds somberder ga voelen.
  • Mijn loopbaan staat op een laag pitje, ik zie weinig perspectief op dit moment.
  • Ik voel me zo moe na weer een dag Zoomen.

Misschien ook herkenbaar voor jou?

Was het eerst nog iets wat bij een ander speelde …. opeens kan het jou ook treffen: minder gemotiveerd, geen rust ervaren, weinig momenten om op te laden, somberen, moe zijn en die wandeling in het park begin je ook zat te worden.

3. Waardoor geven 2 coachafspraken meer energie en minder stress?

Eigenlijk is onze aanpak heel eenvoudig: het 1e gesprek is op kantoor (of online) en het 2e gesprek is buiten in de natuur.

– Telefonisch kennismaken

Na aanmelding door de werkgever hebben we eerst telefonisch contact met de kandidaat. Zo krijgen we alvast een indruk van elkaar, kunnen we de eerste vragen beantwoorden en maken we direct een afspraak voor de eerste coachafspraak.

– 1e coachafspraak op kantoor

De werkvorm die wij inzetten hangt sterk van het onderwerp af. De ene keer is het verhelderend om alles wat er in iemands hoofd zit, overzichtelijk op een rij te zetten. De andere keer is het belangrijk om in kaart te brengen waar energie weglekt en wat helpt om weer energie te krijgen. We hebben zoveel ervaring, dat we ter plekke kijken welke werkvorm het meest passend is.

– 2e coachafspraak in de natuur (duinen, strand of park)

Van een wandelcoach afspraak kom je letterlijk in beweging. Het wandelen voegt iets extra’s toe doordat we de natuur als werkvorm inzetten. De kracht hiervan is, dat je niet met je hoofd de antwoorden bedenkt, maar dat je je intuïtie en de natuur inzet om antwoorden te vinden.

4. Welke ervaringen heeft Inge met onze aanpak? (praktijkvoorbeeld)

– 1e coachafspraak op kantoor: wat is er aan de hand?

Tijdens de eerste coachafspraak vertelt Inge meteen over haar frustratie van het vele ‘moeten’. Wat haar vooral zorgen baart is haar gebrek aan energie, waardoor ze ‘s avonds lamlendig voor de tv hangt en met ontevreden gevoel de dag afsluit. De dagen rijgen zich aaneen en – alle goede voornemens ten spijt – het lukt haar niet om de vicieuze cirkel te doorbreken. Inge vertelt dat ze veel piekert.

Als coach besluit ik de ervaringsgerichte oefening ‘begin met het einde voor ogen’ in te zetten. Deze oefening bestaat uit een aantal stappen. Doel van de 1e stap is om duidelijk te krijgen waar Inge naar verlangt: hoe wil ze zich voelen, wat is voor haar belangrijk in het werk en in haar leven, wanneer kan ze weer blij zijn. Inge zegt dat ze weer plezier wil hebben en tijd voor zichzelf, om zich op te laden.

De vervolgstappen maken duidelijk, dat Inge in de greep is van haar innerlijke criticus. Deze is met name ’s avonds actief. Ze voelt zich dan ellendig en gaat meer eten. Tijdens de oefening wordt haar duidelijk, dat ze zich naar buiten toe sterker voordoet dan ze zich voelt. Ze realiseert zich, dat zelfkritiek niet helpt om in beweging te komen en zich blij te voelen. Inge vertelt, dat ze een beelddenker is. Tijdens de oefening krijgt ze allerlei associaties bij haar innerlijke criticus en haar verlangen (‘wijze raadgever’). Hier wil ze thuis mee aan de slag. Dit is het resultaat:

– 2e coachafspraak in de Amsterdamse Waterleidingduinen

We starten op een zonnige ochtend met ‘kuierend wandelen’. Inge vertelt eerst over wat de opdracht (innerlijke criticus en wijze raadgever) haar heeft opgeleverd. Hoe dwingend die stem in haar is en hoe die haar steeds belemmert. Maar vooral de ontdekking van haar wijze raadgever die ze meer stem wil geven.

Hierna starten we met een korte stiltewandeling, zodat Inge kan focussen op haar gevoel (uit haar hoofd en in haar lichaam) en ‘landen’ in het hier en nu: de prachtige natuur en de rust die daarvan uitgaat.

Vervolgens zetten we een ervaringsgerichte oefening in waarbij Inge beelden uit de natuur verzamelt die haar helpen om contact te maken met haar intuïtie. Ze verzamelt in totaal 3 beelden die haar energie geven. Hier heeft ze foto’s van gemaakt.

Na het verzamelen van de inspirerende beelden schrijft Inge tot slot een kort en krachtig advies aan zichzelf vanuit de positie van haar innerlijke raadgever. De drie beelden en de betekenissen die ze voor haar hebben, verwerkt ze in het advies. Daarna beschrijft ze de acties die ze gaat nemen.

De energie is terug, haar voornemens zijn helder en uitdagend. Ze gaat ermee aan de slag!


Ben je enthousiast geworden over onze vitaliteitsaanpak? En wil je tijdens (of straks ná) deze coronatijd iets doen aan goede zelfzorg? Of wil je als werkgever iets doen voor de medewerkers van jouw team of afdeling? Laat het weten!

mail riafreijsen@talentwerk.nl of bel 06 – 247 33 202

Om integriteit te bewaken is de naam van Inge gefingeerd.

Jezelf vergeven door los te laten

Heb jij ook weleens iets verkeerds of doms gedaan? En vond je het moeilijk om met jezelf in het reine te komen? Deze blog gaat over jezelf vergeven, liever voor jezelf zijn en hoe je om kunt gaan met gevoelens van spijt, schuld, schaamte of angst.

Hoe reageer jij als je iets verkeerds of doms hebt gedaan?

  • Je voelt je schuldig
  • Je bent boos op jezelf
  • Je vindt dat je moet boeten voor wat je hebt gedaan
  • Je denkt alleen maar negatief over jezelf
  • Je blijft er steeds aan denken
  • Je kunt jezelf niet vergeven

Ken jij iemand die nog nooit iets verkeerds heeft gedaan? Zeker weten van niet! Niemand is perfect. Iedereen doet weleens iets doms, je bent heus niet de enige.

HOE ERGER DE FOUT, HOE GROTER DE IMPACT

De impact van een fout is verschillend. Soms heb je er even last van, maar dan gaat het langzaam over. Soms echter maak je een grotere fout, met meer impact. Dan kun je lang worden geplaagd door allerlei gevoelens zoals spijt, schuld, schaamte, boosheid, angst of verdriet.

Natuurlijk, als je alles van tevoren had geweten, dan had je natuurlijk nooit die vergissing gemaakt. Maar ja, zo makkelijk is het helaas niet.

Het is niet erg om stil te staan bij iets wat je liever anders had gedaan, daar kun je van leren. Maar als het je voortdurend bezighoudt, dan kun je niet leven in het hier-en-nu. Dan ben je alleen maar bezig met het verleden.

Het helpt dus niet om steeds maar te blijven denken: “Dat had ik nooit moeten doen!” “Wat ben ik toch een ongelooflijke stommeling!” Ik had echt anders moeten reageren!” “Had ik nou maar …” Dit soort gedachten voeden alleen maar nare gevoelens. Door zo te blijven denken en te blijven hangen in het verleden, creëer je veel spanning in je hoofd en lichaam. Je houdt ‘oud zeer’ vast en dat hoopt zich op: geestelijk, emotioneel en lichamelijk. Het kan zelfs je leven gaan beheersen. Niet alleen zelf heb je er last van, ook je omgeving zal het gaan merken. In het ergste geval ga je een negatief zelfbeeld ontwikkelen. In je gedachten ben je niet goed genoeg en oordeel je over jezelf als een slecht mens.

Wanneer jij zo negatief over jezelf denkt, blokkeert het je om verder te gaan met je leven. Dus wordt het tijd om wat liever en milder over jezelf te gaan zijn en jezelf te vergeven!

JEZELF BLIJVEN STRAFFEN HELPT NIET!

Waarom is het zo moeilijk om te leren leven met iets wat je verkeerd hebt gedaan? Om tegen jezelf te zeggen: “Oké, dit was niet mijn meest briljante actie. Ik had het beter heel anders kunnen doen. Dit heeft het er allemaal niet beter op gemaakt. Ik had wijzer moeten zijn.” Logisch natuurlijk: met het inzicht van nu zou je andere keuzes hebben gemaakt, had je andere dingen gedaan!

Het is ook moeilijk omdat je jezelf schuldig voelt en schaamt voor wat je gedaan hebt. Je hebt niet alleen jezelf, maar vaak ook een ander pijn gedaan. Daardoor durf je jezelf (en de ander) bijna niet meer onder ogen te komen. Je ervaart onvermogen om verder te kunnen.

Het helpt je echter niet om erin te blijven hangen. Het helpt wel om liever voor jezelf te zijn en jezelf te vergeven. Je hoeft geen pijn te blijven lijden. Het is niet makkelijk om het verleden los te laten, maar het is echt de moeite waard. Er zal een druk van je schouders vallen en je gaat innerlijke rust vinden.

Het verleden kun je niet overdoen. De toekomst kun je echter wel beïnvloeden! En daar ligt de sleutel tot succes! Vergeef jezelf voor iets wat je verkeerd hebt gedaan. Door spijt en berouw uit te spreken laat je zien dat je in wezen anders bent. Daardoor is het voor een ander ook makkelijker om jou te vergeven!

JEZELF VERGEVEN IN 8 STAPPEN

Stap 1

Het begint ermee, dat je het besluit neemt om een punt achter het verleden te zetten. Dat je echt wilt stoppen met jezelf verwijten te maken en de situatie accepteert zoals die is. Je neemt het besluit om jezelf te vergeven. Erken je boosheid, angst, schuldgevoel en besluit deze los te laten. Wat helpt is om op te schrijven wat je dwars zit, waarbij je je gevoelens de vrije loop laat. Je kunt ervoor kiezen om het met iemand anders te delen. Dit is een eerste stap in genezing.

Stap 2

Belangrijk is om je pijn te voelen en te gaan begrijpen wat er is gebeurd. Waarom deed je wat je deed? Wat wilde je bereiken? Had je misschien een goede bedoeling die mislukte? Handelde je uit angst of onzekerheid? Was het iets wat je als het ware overkwam? Ervaar je onvermogen om met de pijn om te gaan? Als het niet goed lukt om hier zicht op te krijgen, roep dan de hulp in van een coach. Die kan helpen om zaken te ontrafelen.

Stap 3

De volgende stap is om goed stil te staan bij wat je van de situatie kunt leren. Heeft het je, behalve veel narigheid, ook nog iets positief gebracht? Iets waar je wat aan hebt voor de toekomst. Iets wat je niet had verwacht, maar wat je moed en vertrouwen geeft. Of iets wat je geleerd hebt over jezelf of over anderen? Wanneer je positieve stappen zet, word je toekomst een stuk mooier.

Stap 4

Wanneer je echt iets verkeerds hebt gedaan is het goed om het initiatief te nemen om iets goed te maken. Als je iemand iets hebt aangedaan, dan kun je bijvoorbeeld berouw tonen en om vergeving vragen. Misschien is er meer nodig, bijvoorbeeld om opnieuw vertrouwen te winnen, een schuld terug te betalen of iets te vergoeden. Denk na wat je hierin kunt doen en neem actie.

Stap 5

Een heel belangrijke stap is om jezelf te accepteren, met je mooie en minder mooie kanten. Accepteren dat je niet perfect bent. Kijk dus niet alleen maar naar je tekortkomingen. Laat los dat je een slecht mens bent. Wees dus milder voor jezelf! Geef jezelf de ruimte om te groeien. Zet dus stappen in het ontwikkelen van een positiever en realistischer zelfbeeld.

Stap 6

Jezelf vergeven is een daad van liefde voor jezelf. Het versterkt je zelfbeeld, waardoor je positiever over jezelf gaat denken. Het doorbreken van de negatieve spiraal verandert je perspectief en je gevoelens in positieve zin. Ik raad je aan om niet langer te wachten en echt de stap te zetten tot vergeving van jezelf.

Stap 7

Om het echt af te sluiten kun je ervoor kiezen om een ritueel te verrichten. Bijvoorbeeld door een afscheidsbrief te schrijven over wat je zo moeilijk los kunt laten. Of een brief aan iemand waarin je spijt betuigt. Hierin schrijf je alles op wat je te zeggen hebt. Om alles los te kunnen laten kun je deze brief bijvoorbeeld verbranden of verscheuren. Je kunt ook een symbool zoeken voor de vergissing die je hebt begaan. Dit symbool kun je vervolgens bijvoorbeeld begraven, in het water gooien of wat je ook maar kunt verzinnen. Door het verrichten van een handeling en daar bewust bij stil te staan laat je echt los wat je dwars zat, zodat je verder kunt met je leven.

Stap 8

Mijn ervaring is dat mijn cliënten het een moeilijk proces vinden waar ze doorheen gaan. En dat het niet altijd gemakkelijk is om de stappen in je eentje te zetten. Gelukkig hoeft dat ook niet! Als je ermee aan de slag wilt, dan kan ik je daarbij helpen! Schroom dus niet om contact met me op te nemen, je hoeft je niet te schamen! Kies voor je geluk door het verleden achter je te laten.

Thuiswerken in Corona tijden: hoe doe je dat?

Door de Corona crisis zijn veel mensen ineens genoodzaakt om thuis te werken. Vooral als je dat niet gewend bent en ook nog eens de zorg hebt voor een gezin, is het niet gemakkelijk om werk en privé goed te scheiden. Juist in deze tijd kan dat flink door elkaar heen gaan lopen. Daarom is het belangrijk om aan goede zelfzorg te doen, om stress of burnout te voorkomen. Hieronder vind je diverse tips & trics die je kunnen helpen om op een goede en ontspannen manier door deze Corona-periode heen te komen. Waar kun je zoal op letten en wat kun je zelf doen?

1.           In deze Corona-tijd gaat het eigenlijk over zelfmanagement en zelfzorg. Hoe krijg je die in balans?

  • Hoe houd je alles vol op/met je werk? (Anders werken, thuis werken, druk of juist niet)
  • Hoe houd je het vol (uithoudingsvermogen)
  • Hoe blijf je gemotiveerd (welbevinden).

Thuiswerken kan tot gevolg hebben dat de grens tussen werk en privé vervaagt en dat alles door elkaar gaat lopen (dit wordt ook wel ‘blurring’ genoemd). De ervaring leert inmiddels, dat je eigenlijk harder werkt dan normaal. Hulpbronnen vallen weg (sociale contacten), je loopt het risico voortdurend onderbroken te worden. Er kan een disbalans ontstaan tussen de taakeisen en de hulpbronnen (bijvoorbeeld sociale contacten). De belasting neemt toe en de hulpbronnen nemen juist af.

  • Tip 1: Denk na of je je werk nog wel kunt doen zoals vóór de crisis. En als het niet kan, bespreek het dan met je leidinggevende! Zorg voor prioriteiten en keuzes.
  • Tip 2: Stel jezelf bij de start van je werkdag de vraag: als ik deze werkdag afsluit, wat wil ik dan gedaan hebben om tevreden af te sluiten?
  • Tip 3: Zorg ervoor, dat je geen schuldgevoel krijgt wanneer je er toch niet in geslaagd bent om je werk op de normale manier af te krijgen. Deze corona-situatie is namelijk niet normaal, maar juist uitzonderlijk.  

*****

2.           Belangrijk is, dat je jezelf gedurende de dag steeds blijft prikkelen en/of belonen.

Daardoor maak je in je hersenen dopamine aan. Dat geeft een goed gevoel en het is belangrijk voor het volhouden. Wilskracht en discipline zijn ook belangrijk, maar niet alles. Beloningen werken beter.

  • Jezelf belonen doe je, doordat je bijvoorbeeld een klus afrondt (fijn, het is af!)
  • Jezelf belonen doe je ook, doordat je afleiding kiest of een rustmoment neemt (lekker ontspannen).

*****

3.           Maak iedere dag, aan het begin van de dag, een dagplanning bij thuiswerken.

Formuleer ook doelen daarvoor: wat je die dag bereikt wilt hebben. Je kunt het ook de avond van tevoren maken.

Let op bij het plannen:

  • Duidelijke grenzen stellen (begin én einde van je werkdag).
  • Niet alle werkactiviteiten gedurende 8 uur achter elkaar!
  • Wel plannen per uur of zelfs per half uur!
  • Plan je dag niet alleen maar vol met werk; het risico is, dat je de hele dag achter je PC zit.
  • Plan dus ook afleiding en rustmomenten gedurende de dag. Wissel af met werk.
  • Het is handig om routines in te gaan bouwen. Bijvoorbeeld: ik maak na elke maaltijd een wandeling.
  • Plan niet veel Zoom-bijeenkomsten op een dag (kost extra energie).

*****

4.           Wat zijn afleidingen en wat zijn echt rustmomenten?

Rustmomenten zijn momenten dat je je mind tot rust brengt, niks hoeft van jezelf. Dit zijn belangrijke momenten om bij te komen van het voort-durend ‘aan’ staan van je brein.

Zie onderstaande mogelijkheden: afleiding of rustmomenten?

  • Pauzes, bijvoorbeeld om koffie te drinken, de was te doen, te lunchen, thee te drinken.
  • Iemand bellen (vriend/vriendin, ouder, oma/opa, buurvrouw, collega).
  • Je kunt ook face-timen (alleen Apple), Skypen, videobellen (Whatsapp) of Zoomen (met meerdere collega’s). Tip: wissel zoveel mogelijk af.
  • Fietsen of een wandeling maken (liefst elke dag minimaal 30 minuten!). Of sporten.
  • Boodschap doen (dit kun je elke dag doen, is meteen een uitje).
  • Boek, krant of tijdschrift lezen.
  • Geleide meditatie luisteren, podcast luisteren, muziek luisteren
  • In de tuin werken.
  • Rommel thuis opruimen.
  • Elke dag een thema kiezen en daar foto’s van te maken (dit kun je ook in een app-groepje met vrienden/vriendinnen doen).

*****

5.           Je kunt misschien nadenken over een zinvolle activiteit waarmee je iemand anders kunt helpen.

Bijvoorbeeld de hond uitlaten van iemand. Of een kind uit de buurt helpen met taal en/of rekenen. Of een kaart(en) maken voor een verzorgingshuis bij jou in de buurt. Dat geeft een goed gevoel.

*****

6.           Spreek shifts af met je partner.

Bijvoorbeeld: jij de ochtend, je partner de middag (of omgekeerd). Kies voor halve dagen en niet voor uurtjes. Dat is te onrustig.

  • Zoek dan een plek in huis waar je rustig en ongestoord kunt werken.
  • Spreek af met je partner (en met je kinderen) dat je ongestoord wilt werken van .. tot ….
  • Richt die werkplek ook zodanig in, dat je rustig en goed kunt werken.
  • Leg alles weg wat je kan afleiden van je klus.
  • Zet je telefoon en mail ook uit, als je die niet hoeft te gebruiken.

*****

7.           Als iets niet meteen lukt, wees dan niet boos op jezelf.

Deze Corona-tijd is voor iedereen nieuw. Accepteer dat je gewoon tijd nodig hebt om te wennen aan en om te gaan met de nieuwe situatie c.q. de veranderende wereld. Denk na over hoe je verstandig kunt inspelen op alle veranderingen. En bespreek dit bijvoorbeeld met vriendinnen of collega’s die in hetzelfde schuitje zitten. Zie het als een leerproces!

  • Tip: ga een half uurtje zitten en schrijf alles op wat jij kunt verzinnen n.a.v. de vraag: “Waar word ik blij van”?
  • Probeer dan deze activiteiten zoveel mogelijk in te voeren in je dagplanning.

*****

8.           Wat is verstandig? Eerst leuke dingen doen en daarna een werkklus of omgekeerd?

  • Tip: Begin je dag met de werkklus, doe daarna iets leuks! Het is niet verstandig om jezelf eerst een beloning te geven en daarna nog het lastige werk te doen.
  • Dan heb je 2 x een beloning: 1e is dat je de klus af hebt, 2e is het leuke doen.

*****

9.           Ervaar je angst? Het is inderdaad een onzekere tijd.

  • Kijk niet de hele dag door op de TV of telefoon naar het nieuws. Daar word je niet vrolijk van, zelfs angstig door. Neem je voor om 1 x (max 2 x) per dag naar het nieuws te kijken.
  • Wist je dat het angstsysteem in ons brein meteen overdrijft in tijden van stress? Het reageert 2,5 x zo sterk bij verlies. Ons brein overdrijft negatieve zaken! De angstgevoelens zijn dus doorgaans erger dan de realiteit.
  • Ervaar je stress: ga dan even iets anders doen. Bijvoorbeeld een eindje wandelen. Of focus-sen op anderen dingen.

*****

10.         Wat kun je als leidinggevende doen als je medewerkers thuis werken?

  • Niet: controleren!
  • Niet: op onverwachte tijden steeds bellen.
  • Wel: afspreken op welke dagen/tijden je zult bellen om te bespreken hoe het gaat en wat er te bespreken is rondo het werk. Kijk hoe je de medewerker kunt motiveren.
  • Let op signalen van overbelasting. Ga erover in gesprek.
  • Herken signalen van overbelasting, ook bij jezelf
  • Is er een directe aanleiding? Kun je die als leidinggevende wegnemen?
  • Kun je helpen met het bedenken van een manier om ermee om te gaan?

*****

11.         Je kunt ook eens bij jezelf nagaan: wat waren voor mij écht lastige situatie in mijn leven?

En denk eens na over: wat heeft je toen geholpen om er doorheen te komen? Wat kun je daar nu mee, in deze tijden van crisis? Waar ben je dagelijks dankbaar voor?

*****

12.         Mis je sociale contacten en of ben je teveel alleen?

Bedenk voor jezelf hoe je op een andere manier je energie- en contactbronnen kunt regelen. Bijvoorbeeld:

  • Organiseer een online thee/koffie moment met collega’s of vrienden.
  • Regel een buddy/maatje waarmee je afspreekt om dagelijks contact te hebben en dingen uit te wisselen die je bezighouden.

*****

13.         Ergonomie van je thuiswerkplek

Indien mogelijk: richt thuis een goeie en rustige werkplek in. Maak het gezellig, zodat je er met plezier gaat zitten. Als dit niet mogelijk is, kijk dan eens hoe je werkt: zit je heel de dag op de bank? Of op een slechte stoel achter je pc? Check nog eens hoe je zit terwijl je beeldscherm werk doet: hoogte stoel, hoogte tafel; afstand stoel-beeldscherm; licht van je beeld-scherm hoger zetten? Tekstgrootte op 120% zetten? Etc.

*****

14.        Omring je met schoonheid

In tijden van onzekerheid kan het helpend zijn om je te omringen met ‘schoonheid’ in de breedste zin van het woord: kunst, muziek, boeken, gedichten. Je geeft je brein een positieve prikkel en stimulans zich te richten op dat wat ‘lichter’ is i.p.v. op dat wat zwaar voelt (zoals angst, te vaak je zelf informeren over Corona als pandemie etc.).

Succes met alles gedurende deze verwarrende tijd.

En: blijf gezond!

©2020 Deze blog is een coproductie van Ria Freijsen en Esther von Faber. Hiervoor hebben we uit verschillende bronnen geput. In het bijzonder willen we Ben Tichelaar bedanken voor zijn informatieve thuiswerkseminar.

Bevrijd jezelf van je Innerlijke Criticus

In onze coachpraktijk komen Esther von Faber en ik nogal wat mensen tegen, van jong tot oud, die last hebben van hun Innerlijke Criticus. Wat is dat eigenlijk, een Innerlijke Criticus? Je zou kunnen zeggen: Het is de stem in je hoofd die vaak, of mogelijk zelfs voortdurend, commentaar levert op wie je bent en wat je doet. Die alsmaar negatief over je oordeelt.

Als die stem in je hoofd teveel invloed heeft, kan hij een machtig onderdeel van je persoonlijkheid worden, met een negatieve impact op je zelfwaardering, zelfvertrouwen en welbevinden.

In deze blog beschrijven we:

Wat is een Innerlijke Criticus?

De Innerlijke Criticus is een stem in je hoofd die je kunt herkennen door kritische, veroordelende zinnen die je tegen jezelf zegt. Hij laat je geloven dat je tekort schiet, dat je faalt of dat je een slecht gevoel krijgt over jezelf. Hij kan zelfs zo sterk klinken in je hoofd, dat het je leven en functioneren ondermijnt. Hij kan zelfs bijdragen aan ziekmakende stress of burn-out. De stemmen in je hoofd kunnen hard, zacht, hoog of laag klinken. Vaak worden ze non-verbaal ondersteund door houding, blikken en gebaren. Hij kan ook gepaard gaan met fysieke gevoelens.

Voorbeelden zijn:
– De stem die je veroordeelt: ‘Wat ongelooflijk stom van je’. ‘Weet je dat nou nog niet?’
– De stem die je telkens opjaagt: ‘Schiet nu eens op’. ‘Je moet dit en dat … bijvoorbeeld: je moet voor anderen zorgen.’
– De stem die twijfel zaait: ‘Weet je het wel zeker?’ ‘Heb je het wel goed gedaan?’ ‘Val je straks niet door de mand?’
– De stem die perfectionistische eisen stelt: ‘Het is niet goed genoeg.’ ‘Het moet echt beter.’ Je moet perfect zijn!’
– De stem die schuldgevoelens aanpraat: ‘Je bent geen goede vriend/collega.’ ‘Een goede zoon/dochter/ouder zou …. doen.’
– De stem die je vertelt dat je faalt: ‘Je kunt het niet!’ ‘Je zus kan het echt beter!’ ‘Ben je nou nog niet klaar?’

Als je deze zinnen herkent en je vaak onzeker bent, dan weet je één ding zeker: je Innerlijke Criticus heeft je in de greep.

Hoe ontstaat een Innerlijke Criticus?

Een Innerlijke Criticus ontstaat al op heel jonge leeftijd. Als je heel klein bent kun je niet voor jezelf zorgen, dan ben je volledig afhankelijk van je ouders/verzorgers. Hoe je opgroeit en je ontwikkelt is mede afhankelijk van hoe het toegaat in het gezin waarin je bent opgegroeid.

Groei je op in een gezin en omgeving die liefdevol, waarderend en veilig zijn, dan draagt dat bij aan je ontwikkeling tot een evenwichtige volwassene. Natuurlijk zijn ook je karakter, je genen en familiegeschiedenis hierop van invloed.

De realiteit is dat echter, dat nogal wat mensen opgroeien in een omgeving die minder waarderend en liefdevol is. Ieder kind reageert op zijn of haar eigen manier op gebeurtenissen in het gezin. Dit noemen we overlevingsstrategieën. Vaak ontstaan deze wanneer er te weinig aandacht is voor de werkelijke behoeften van het kind. Wanneer een kind te weinig aandacht, liefde, erkenning, stimulans of waardering krijgt, dan zal het daar op zijn/haar eigen manier op reageren. Deze mechanismen zet een kind in om toch te proberen aandacht, liefde, erkenning, stimulans of waardering te krijgen.

Je kunt 3 overlevingsstrategieën onderscheiden:

Vechten of rebels zijn
Het kind loopt stampvoetend en krijsend door de supermarkt om zo de aandacht op te eisen. Of vertoont brutaal gedrag als het iets niet mag. Liever afgestraft worden dan geen aandacht krijgen. Gevolg kan zijn: té direct communiceren, dingen opeisen.

Vluchten of vermijden
Het kind sluit zich af op z’n slaapkamer, trekt zich terug, wordt een beetje verlegen, krijgt angst voor de buitenwereld. Een manier van vluchten of vermijden door ‘in je hoofd te gaan leven’. Dan voel je immers de pijn niet. Gevolg kan zijn: conflict vermijdend gedrag.

Conformeren of aanpassen
Het kind gaat zich aanpassen en in allerlei bochten wringen om toch maar aandacht te krijgen. Bijvoorbeeld door altijd lief te zijn, te doen wat moeder of vader verwacht, niks voor zichzelf te vragen. Gevolg kan zijn: anderen pleasen en jezelf wegcijferen.

Een paar voorbeelden van overlevingsmechanismen

  • Waren je ouders streng en afkeurend, dan kun je uiteindelijk over jezelf gaan denken, dat je niet goed genoeg bent.
  • Hadden je ouders vaak ruzie, dan kun jij het idee krijgen dat het jouw schuld is. En dat jij ervoor moet zorgen dat de harmonie terugkeert. Dat je moet bemiddelen.
  • Was één van je ouders vaak ziek, dan kun jij het idee krijgen dat je voor hem, haar of voor het gezin moet zorgen en dat jouw eigen wensen niet belangrijk zijn.
  • Was er een afwezige ouder en moest je voor je broertjes/zusjes zorgen, dan kun je een (te) groot verantwoordelijkheidsgevoel hebben ontwikkeld.
  • Was er in het gezin een lastig kind waar je ouders veel verdriet over hadden, dan kun jij het idee krijgen dat je vooral niet lastig moet zijn. Je past je zoveel mogelijk aan om je ouders te ontzien.

Wat zijn de gevolgen in het hier en nu

Een overlevingsmechanisme dat je vanuit je jeugd hebt opgebouwd heeft vaak gevolgen voor later in je volwassen leven. Heeft zo’n mechanisme je vroeger geholpen om je veilig en gewaardeerd te voelen, in het hier en nu kan het je leven als volwassene behoorlijk in de weg zitten.

Een bekend overlevingsmechanisme is de Innerlijke Criticus. Deze plopt op zodra het moeilijk of spannend wordt. In dergelijke situaties val je terug op gedrag dat je vroeger in vergelijkbare situaties als kind heeft geholpen. Met andere woorden: je gaat vechten, vermijden of aanpassen. Wat je dus vroeger heeft geholpen, keert zich nu tegen je.

Eigenlijk gaat het erom, je oorspronkelijke kinderlijke onbevangenheid terug te vinden EN dat je anders leert denken over jezelf. Je hebt gedachten, maar je bent niet je gedachten.

TEST je Innerlijke Criticus

Wil je bij jezelf onderzoeken of je last hebt van je Innerlijke Criticus, doen dan deze TEST. Je ziet 22 zinnen die een Innerlijke Criticus allemaal tegen je kan ‘zeggen’. Door te scoren in hoeverre je er last van hebt kun je ontdekken of het tijd wordt om hem te gaan aanpakken!

Bevrijd jezelf van je Innerlijke Criticus!

Van jezelf houden en mild over jezelf oordelen is de basis voor een fijn en gezond (werk)leven. Anders over jezelf gaan denken levert namelijk een positief zelfbeeld op. Laat je zelfvertrouwen dus niet langer ondermijnen en pak je Innerlijke Criticus aan!

Stap 1 – Bewustwording: Wat zeg ik allemaal tegen mezelf?

Een belangrijke stap om je te bevrijden van je Innerlijke Criticus is dat je ontdekt in welke situaties jouw Innerlijke Criticus je parten speelt. Een andere stap is je niet langer te vereenzelvigen met deze stem in je hoofd: je bent niet je gedachten! Je bent niet wat of wie je denkt! Gedachten kun je waarnemen, je kunt ze ook veranderen of ze voorbij laten gaan.

Stap 2 – Verantwoordelijkheid nemen: Hoe kan ik dat doen?

Van je Innerlijke Criticus afkomen is geen quick fix! Hij is al jaren aanwezig in je denken en doen, dus het vraagt aandacht en training om anders te gaan (leren) denken over jezelf. Wil je dus liefdevoller en milder over jezelf gaan denken, dan moet je écht een besluit neemt om het aan te gaan pakken. Geef het vervolgens prioriteit! Alles wat je aandacht geeft, groeit. Maak daarom tijd en aandacht vrij om anders met jezelf om te gaan. Dat gaat z’n vruchten zeker afwerpen.

Stap 3 – Schakel een coach in!

Jezelf bevrijden van je innerlijke criticus is niet altijd gemakkelijk. Wil je daadwerkelijk meer plezier, rust en balans in je leven dan is het zaak om anders te leren denken over jezelf. Schakel daarom een ervaren coach in (met behulp van je ontwikkelbudget of vraag je werkgever) die je echt kan helpen onderzoeken waar je Innerlijke Criticus vandaan komt, wat je overlevingsstrategieën zijn, hoe die een rol spelen in je leven en wat je kunt doen om je innerlijke criticus te stoppen!

Stap 4 – Actiestappen: zelf aan de slag

Hieronder volgen nog meer tips die je zelf kunt ondernemen om je Innerlijke Criticus de baas te worden:

Verander je gedachten (een paar tips):

  • Moet je perfect zijn? Niemand is perfect! Je eist toch ook niet van anderen dat ze perfect moeten zijn? Waarom jij dan wel? Stop dus met streven naar perfectie. Goed is goed genoeg. Je kunt je ook gewoon verder ontwikkelen.
  • Wil je door iedereen aardig gevonden worden? Je zult nooit iedereen tevreden kunnen stellen. En: jij vindt toch ook niet iedereen even aardig?
  • Voel jij je ergens schuldig over en vind je het nodig om jezelf te straffen? Vergeef jezelf! Blijf niet hangen in het verleden en ga verder met je leven. Maak het jezelf gemakkelijker.
  • Denk je dat je niet de moeite waard bent? Vraag eens aan je partner, vrienden, collega’s waar ze je om waarderen. Je zult verrast zijn over hun antwoorden!

Lezen:

  • Onvolmaakt tevreden – Omgaan met je innerlijke criticus, Frans Schalkwijk, Boom uitgevers Amsterdam
  • Nooit meer piekeren – reken in 5 stappen af met je innerlijke criticus, Marleen Derks, Uitgeverij Water
  • Zie jezelf in mildheid – een gids om jezelf van je innerlijke criticus te bevrijden, B. Brown, Uitgeverij Symbolon

Luisteren en kijken:

  • Podcast: 365 dagen succesvol
  • Podcast: Leef je mooiste leven
  • Youtube: Versla je innerlijke criticus (Albert Sonnevelt).
  • Stop it: https://www.youtube.com/watch?v=-FfahjTGG4s

Doen:

  • Maak een lijst met 2 kolommen. In de linker kolom noteer je al je ‘Ik moet …..’ of ‘Ik voel me schuldig over ….’. In de rechter kolom noteer je welke helpende gedachten je hier tegenover kunt zetten.
  • Maak twee aparte collage’s (digitaal of plakken/knippen) en geef beide collages een naam.
    • 1 collage van je innerlijke criticus
    • 1 collage van je innerlijke mentor/raadgever/adviseur/wijze.
    • Tips hierbij zijn: hoe zien ze eruit? Hoe kijkt je innerlijke criticus? Hoe kijkt je innerlijke raadgever? Wat hebben ze aan, wat is hun favoriete tekst? Waar willen ze je voor behoeden? Wat wensen ze je toe?
  • Besteed aandacht aan Mindfulness, bijvoorbeeld met behulp van een mindfulness-app (Appstore of via Spotify).

Wil jij ook liefdevoller en milder met jezelf omgaan zodat je anders gaat denken, voelen en handelen? En zoek je daarvoor een ervaren coach? Esther von Faber en ik zijn ervaren coaches met ruim 20 jaar ervaring!

Als je graag met mij aan de slag wilt, bel of mail me dan voor het maken van een (gratis) oriënterend kennismakingsgesprek, zodat we samen kunnen kijken hoe ik je het beste kan helpen. Ria Freijsen: 06 – 247 33 202 | riafreijsen@talentwerk.nl | www.talentwerk.nl

©2020, deze blog is een coproductie van Ria Freijsen en Esther von Faber.

Duurzame Inzetbaarheid voor iedereen

“Ik ben me gaan realiseren dat ik in deze baan echt op de goede plek zit”.
“Ik ben gaan inzien dat ik te weinig aan mezelf toekom door een drukke baan en zware mantelzorg”.
“Ik weet nu hoe ik mijn laatste loopbaanjaar op een positieve manier wil invullen”.
“Ik heb besloten het lastige gesprek aan te gaan en weet hoe ik het zal aanpakken”
.

Dit zijn zo maar een paar reacties van medewerkers die mee hebben gedaan aan ons programma ‘Duurzame Inzetbaarheid voor iedereen’.

Duurzame inzetbaarheid is hot!

Organisaties zien steeds meer in, dat Duurzame Inzetbaarheid (DI) geen luxe is, maar prioriteit verdient om medewerkers betrokken en vitaal te houden.

Wij, Esther von Faber en ik, hebben een gevarieerd en aantrekkelijk DI-programma ontwikkeld voor teams, afdelingen en organisaties waar iedereen blij van wordt en dat voor voor elke medewerker inzetbaar is. Met als uitgangspunt:

kort, krachtig, op maat en betaalbaar.

We zijn ervan overtuigd, dat aandacht voor Duurzame Inzetbaarheid bijdraagt aan het vergroten van werkplezier en betrokkenheid van medewerkers. Aandacht voor DI kan o.a. verzuim helpen voorkomen omdat medewerkers stilstaan bij wat aandacht vraagt. Hierdoor dunnen ze tijdig regie nemen om erger te voorkomen.

Ons aanbod is kort, krachtig en op maat:

  • Kort en krachtig: 2 x 1,5 uur per persoon op de eigen locatie of wandelcoaching in de buurt.

  • Op maat: medewerkers kunnen kiezen uit meerdere coachmogelijkheden. Zoals een inspiratiewandeling, werkenergie analyse, loopbaanreflectie. De werkgever is faciliterend en de medewerker kiest wat het beste bij hem/haar aansluit.
  • Vrijheid: Medewerkers kiezen zelf of ze een werk- of privé onderwerp willen bespreken. Alle onderwerpen mogen er zijn. Het kan dus over van alles gaan: werkdruk, combinatie werk en mantelzorg, zingeving na pensionering, relatieprobleem, volgende loopbaanstap, voorbereiding op een lastig gesprek, voorkomen van burnout etc.
  • Privacy en veiligheid: geen verplichte terugkoppeling naar de leidinggevende.
  • Betaalbaar: maximaal 2 x 1,5 uur per medewerker, dus geen ellenlange en kostbare trajecten.

Zo gaan we te werk:

  • We gaan in gesprek met de leidinggevende en/of HR-adviseur en inventariseren gezamenlijk wat het meeste aansluit bij hun medewerkers en bij de situatie. Daar stemmen we ons aanbod op af. We geloven in maatwerk en doen wat is afgesproken!
  • Tijdens een gezamenlijke bijeenkomst met alle betrokken medewerkers presenteren we ons aanbod en onze aanpak. Direct na de bijeenkomst maakt iedereen een keuze voor de coachmogelijkheid die het beste bij hem/haar aansluit.
  • De uitvoering van de opdracht plannen we direct in. De doorlooptijd is kort, gemiddeld 3 à 4 maanden.
  • Na afloop vult iedere medewerker anoniem een evaluatie in en de resultaten bespreken we tijdens een eindgesprek met de leidinggevende en/of HR. We bespreken ook signalen die kunnen leiden tot verzuim, waarna extra coaching kan worden ingezet als follow up.

Eén van onze opdrachtgevers was de HvA/faculteit Sport, Bewegen en Voeding. Een werkgever die Duurzame Inzetbaarheid prioriteit geeft en waar wij succesvol de beschreven aanpak hebben mogen uitvoeren.

Reacties van de medewerkers:

  • De gesprekken hebben me tot actie aangezet
  • ik heb nieuwe inzichten en ideeën opgedaan
  • ik ben geïnspireerd geraakt
  • ik ben aan het denken gezet
  • ik ben tot een oplossing van een vraagstuk gekomen
  • ik ben anders naar mezelf gaan kijken
  • ik ben een gesprek aangegaan dat ik steeds had uitgesteld
  • ik weet nu wat me te doen staat.

Reacties van leidinggevenden:

  • Ik ervaar meer openheid in gesprekken.
  • De jaargesprekken zijn inhoudelijk beter geworden.
  • Ik bemerk een toename van flexibiliteit.
  • Ik zie een toename van eigen verantwoordelijkheid.

Wil jij voor jouw team of afdeling ook iets doen aan Duurzame Inzetbaarheid voor de medewerkers? Laat het ons weten:

mail riafreijsen@talentwerk.nl of bel 06 – 247 33 202

We denken graag mee welke opties het beste aansluiten bij jullie medewerkers.

©2019, deze blog is een coproductie van Ria Freijsen en Esther von Faber.

Van werkdruk naar werkgeluk

“Ik ben duidelijk tegen mijn grenzen aangelopen door een druk privéleven met kleine kinderen, een druk sociaal leven en een uitdagende nieuwe baan die veel van me vergde. Veel tijd voor mezelf bleef er niet over. Wat eerst energie gaf, ging me steeds meer energie kosten.”

“Mijn verandering is begonnen met erkennen van het probleem. Nadat ik me bewust was geworden dat IK het probleem was, kon ik toekomen aan het veranderen van mijn gedrag en het ondernemen van acties.”

  • Heb jij last van werkdruk? En functioneer je daardoor minder goed?
  • Ga je makkelijk over je grenzen heen?
  • Merk je dat je aan jezelf niet meer toekomt?
  • Ervaar je fysieke klachten?

Redenen genoeg om in actie te komen!

Wij, Esther von Faber en ik, hebben een aantal ex-cliënten van ons gevraagd wat hen het meest heeft geholpen om minder werkdruk te ervaren en meer in balans te komen. Hun ervaringen hebben we in deze blog gebundeld. Eén ding is ons wel duidelijk geworden: coaching bij werkdruk helpt!

Hieronder geven ervaringsdeskundigen aan wat hen het meest heeft geholpen om minder werkdruk te ervaren:

IK BEN MEZELF SERIEUS GAAN NEMEN

  • Een belangrijke stap naar verandering was het erkennen aan mezelf dat ik niet goed bezig was. En dat ik hiervoor hulp in moest schakelen.
  • Ik heb ontdekt dat ik de laatste jaren te hard heb gewerkt, zowel thuis als op het werk. Daardoor kwam ik niet meer aan mezelf toe. Ik realiseerde me, dat ik mijn eigen behoeftes serieus moest gaan nemen. Tijd inplannen voor mezelf (los van mijn gezin) is een must en geen luxe.
  • Ik heb geleerd om mijn lichamelijke signalen te herkennen en hiernaar te luisteren. Piekeren, kort lontje, blijven malen, moe, niet kunnen concentreren, slecht slapen neem ik nu voortaan serieus.
  • Ik ben gaan inzien dat enkele van mijn sterke eigenschappen (zoals mijn perfectionisme en verantwoordelijkheidsgevoel) er continue voor zorgen dat ik (onterecht) teveel van mezelf vraag, zowel in privésituaties als in werk.

IK BEN GAAN PRATEN

  • Ik ben in gesprek gegaan met mijn leidinggevende. Zij raadde me aan om een coach in de arm te nemen en dat aanbod heb ik met beide handen aangegrepen. Mijn tip is dus: Blijf er niet alleen mee worstelen, maar schakel hulp in. En praat er thuis ook over.
  • Door de coachgesprekken ben ik gaan inzien waardoor ik werkstress kreeg en wat de impact hiervan was op alle facetten van mijn leven. Toen pas kon ik uit de neerwaartse spiraal komen.
  • Ik ben mijn eigen gevoelens beter gaan begrijpen waardoor ik er makkelijker over kon praten. Ik ben me ook bewust geworden van mijn eigen handelen. Ik weet nu wat ik wil, maar vooral wat ik niet meer wil.
  • Door de gesprekken en de oefeningen met mijn coach ben ik me gaan realiseren dat ik mijn gedrag moet veranderen en dat ik mijn ambities (op dit moment althans) wat moet aanpassen.
  • De coach was een belangrijke steun in de rug om weer grip op mijn leven te krijgen.

IK BEN MET MEZELF AAN DE SLAG GEGAAN

  • Door de coaching kreeg ik het inzicht dat ik mijn eigen werkdruk en problemen zelf in stand hield. Ik leerde waar ik invloed op uit kon oefenen en wat ik los moest laten omdat ik er geen invloed op kon uitoefenen. Door deze handvatten kon ik het tij keren.
  • Ik ben minder werkdruk gaan ervaren door een aantal (simpele) aanpassingen te doen in mijn manier van werken.
  • Ik heb mijn grenzen beter leren kennen en heb geleerd om prioriteiten te stellen. Nu weet ik wanneer ik moet stoppen.

TENSLOTTE NOG WAT TIPS OM BETER MET WERKDRUK OM TE GAAN

  • Blok elke werkdag tijd in je agenda voor je eigen werk! Maak dus niet alleen afspraken met anderen, maar ook met jezelf.
  • Plan ook privé tijd voor jezelf, los van je gezin, mantelzorg etc. Communiceer hier duidelijk over en geef er prioriteit aan.
  • Plan of creëer ‘oplaadmomenten’ in je werkdag. Welke helpen jou het beste?
  • Breng focus aan in je werk zodat je je beter kunt concentreren. Zet email, pop-ups, telefoon of andere afleidingen uit, zodat je rust krijgt in je werk.
  • Zorg ervoor dat je zo min mogelijk cc-tjes krijgt. Allemaal lees-ballast.
  • Bekijk nog eens kritisch je app/social media gedrag. En kijk ook welke groep-app je kunt verlaten.
  • Neem de tijd om te lunchen en ga op tijd naar huis. Werk niet te lang door, morgen is er weer een nieuwe dag. Stop met samen lunchen in het bedrijfsrestaurant als je dat niet wilt. Durf de norm te doorbreken.
  • Streef naar progressie in plaats van perfectie.
  • Herken je ‘excuus-zinnen’ als signaal dat je met jezelf aan het sjoemelen bent. Bijvoorbeeld: ach, ik doe het wel even, het is een kleine moeite’.
  • Ben je gevoelig voor prikkels uit je omgeving? Bespreek dan wat je eraan kunt veranderen.
  • Kijk of je taken beter kunt verdelen door anderen te betrekken.
  • Bedenk elke dag wat er nodig is of wat je wilt bereiken om tevreden naar huis te gaan (i.p.v. weer niet aan toegekomen). Dit helpt om te focussen op wat wél goed is gegaan.
  • Stel prioriteiten door jezelf deze vragen te stellen:

Wil jij ook beter leren omgaan met werkdruk? Kom dan eens praten. Want coaching helpt echt!

Bel 06-24733202 of mail riafreijsen@talentwerk.nl

©2019, deze blog is een coproductie van Ria Freijsen en Esther von Faber.

Verwachtingen afstemmen: hoe doe je dat?

  • Sta je altijd voor iedereen klaar en zeg je overal ja op?
  • Wil je het anderen graag naar de zin maken?
  • Ga je meteen aan de slag als iemand je wat vraagt?
  • Is een afspraak met een ander belangrijker dan een afspraak met jezelf?

In mijn coachpraktijk kom ik regelmatig mensen tegen die moeite hebben met het stellen van grenzen. Ze willen het graag voor iedereen goed doen en zijn altijd bereid om aan de verwachtingen van anderen te voldoen. Maar ja, hoewel dit gedrag erg fijn is voor anderen, kan het verkeerd uitpakken voor jezelf!

1 – WANNEER GAAT HET MIS?

Als verwachtingen niet helder zijn of tot misverstanden leiden, dan levert dat irritatie, frustratie, teleurstelling en stress op. Ruis in de communicatie komt helaas vaker voor dan je zou willen. Het gaat mis als je – bewust of onbewust – niet eerlijk of transparant bent.

  • Je zegt ‘ja’, maar je doet het niet.
  • Je zegt iets toe en later blijkt, dat je het toch niet wilt of kunt.
  • Je zegt ‘ja’ tegen een vraag, maar je weet eigenlijk niet goed wat er van je wordt verwacht.
  • Je gaat meteen aan de slag zonder precies te weten wat je moet doen. Met het risico dat hij de verkeerde dingen doet in de ogen van de ander.
  • Je durft geen nee te zeggen of vragen te stellen, omdat je bang bent afgewezen te worden.

2 – WAT ZIJN JE RISICO’S ALS JE HIERMEE DOOR BLIJFT GAAN?

Mensen (zoals jij) die hiermee worstelen hebben vaak moeite om nee te zeggen of om vragen te stellen. Ze willen collegiaal zijn en denken dat anderen hen alleen waarderen als ze altijd en overal ja op zeggen.

  • Je brengt jezelf in de problemen omdat jouw eigen werk niet op tijd af komt.
  • Je werkt zo hard voor anderen, dat je eigen planning in de war raakt.
  • Je bent zo behulpzaam, dat anderen steeds passiever worden.
  • Je gaat zo snel aan de slag met de vraag van een ander, dat je onvoldoende tijd neemt om in te onderzoeken wat er echt van je wordt verwacht.
  • Je neemt zoveel hooi op de vork, dat je het overzicht kwijt raakt en stress gaat ervaren.

3 – AFSTEMMEN VAN VERWACHTINGEN: HOE DOE JE DAT?

Stap 1. Creëer duidelijkheid voor jezelf

Het managen van verwachtingen begint bij jezelf. Het is belangrijk, dat je grip hebt op je eigen werk. Dat je weet wat je moet doen, wanneer je dat moet doen, hoeveel tijd je dat kost, wat het resultaat moet zijn en wat je deadlines zijn. Hierdoor kun je beter inschatten in hoeverre je een ander kunt helpen of aan vragen van anderen kunt voldoen. Daarnaast is het belangrijk om jezelf goed te kennen.

  • Ben je een pleaser?
  • Vind je het moeilijk om nee te zeggen?
  • Ben je bang om niet aardig gevonden te worden?
  • Durf je niet goed door te vragen?

Als je wilt leren om effectiever te communiceren en beter voor jezelf op te komen, kijk dan eens naar de tips hieronder. Lukt het je toch niet, neem dan bijvoorbeeld eens een coach in de hand.

DOEN:

  • Beter voor jezelf en je eigen werk opkomen.
  • Jezelf en je eigen werk serieus nemen.
  • Grenzen aangeven, je niet laten ondersneeuwen
  • Af en toe ook voor jezelf kiezen.
  • Niet meteen ja zeggen, maar eerst goed doorvragen.
  • Een afspraak met jezelf is even heilig als een afspraak met een ander.

Stap 2. Onderzoek verwachtingen van de ander

Het is belangrijk om de verwachtingen van anderen goed te leren kennen. Het afstemmen heeft te maken met vragen stellen en doorvragen naar verwachtingen van de ander, aangeven van je eigen grenzen hierbij, duidelijk communiceren over wat de ander wel/niet van jou kan verwachten en maken van duidelijke afspraken. Ga dus niet meteen aan de slag als iemand je iets vraagt.

DOEN:

  • Wat is de vraag precies? wat houdt klus precies in?
  • Wat verwachte je dat ik ga doen?
  • Hoe belangrijk/urgent is de klus? Moet het nu of kan het later?
  • Wanneer moet het klaar zijn?
  • Ben ik de aangewezen persoon om die klus te doen?

DOEN:

  • Hoeveel tijd gaat die klus mij kosten?
  • Kan ik het erbij doen als ik naar mijn eigen werk kijk?
  • Zo niet, heb ik een alternatief?
  • Als het nu niet kan, wanneer zou ik het wel kunnen doen?
  • Wanneer weet ik wanneer ik het wel/niet kan doen?
  • Moet IK het eigenlijk doen of kan iemand anders het doen?


Stap 3: Communiceer met elkaar over verwachtingen

Hieronder volgen een aantal voorbeeldzinnen waarbij je geen ‘nee’ verkoopt, maar je grenzen en mogelijkheden aangeeft.

  • Kun je iets meer vertellen wat de opdracht precies inhoud en wat je van mij verwacht?
  • Hoeveel tijd schat je in dat deze opdracht mij gaat kosten?
  • Vind je het goed dat ik even mijn agenda raadpleeg om te kijken wanneer het me lukt om je te helpen?
  • Ik kan nog niet goed overzicht of en wanneer ik er tijd voor heb. Ik laat je voor de lunch (of uiterlijk morgen) weten welke mogelijkheden ik heb.
  • Als je wilt dat ik het doe, dan kan dat pas volgende week. Deze week moet ik echt aan een paar eigen deadlines werken.
  • Ik kan een halve dag tijd voor je vrijmaken, wat wil je dan dat ik in die tijd doe?
  • Ik kan óf de tekst voor je nakijken óf de opmaak bekijken. Allebei lukt niet. Wat wil je dat ik doe?
  • Als ik jouw opdracht nu moet doen, dan heeft dat consequenties voor mijn eigen werk. Ik wil dit eerst even met mijn leidinggevende bespreken.
  • Mij lukt het vandaag niet. Is er iemand anders die je hierbij kan helpen?
  • Als jouw leidinggevende je vraagt om een klus erbij te doen, dan kun je zeggen: Als ik jouw opdracht moet doen, dan heeft dat consequenties voor mijn eigen werk. Wat heeft prioriteit volgens jou? Wat kan ik laten vallen?
  • Even checken: heb ik nou goed begrepen dat je van mij verwacht dat ik …….

En hier nog een paar korte intro-zinnen:

  • Ik wil er graag even over nadenken.
  • Kan ik er later op terugkomen?
  • Ik ga het eerst even overleggen met ….
  • Ik zou willen voorstellen om ….
  • Ik heb je hulp nodig bij ….
  • Ik heb er goed over nagedacht en ben tot de conclusie gekomen dat ….
  • Ik zou je wel willen helpen, maar helaas ….
  • Nee sorry, ik kan echt niet.

SUCCES!

Goed gesprek voeren? Bereid je voor!

Kan jij ook zo opzien tegen een lastig gesprek? Of denk je naderhand ‘had ik nou maar…’ of ‘weer niet gelukt om …’. Soms besef je pas (te) laat, dat je niet bereikt hebt wat je wilde. Of dat het niet helemaal helder was wat je eigenlijk wilde bereiken. Bovenstaande kom ik in mijn coachgesprekken regelmatig tegen. Vraag ik erover door, dan merk ik dat mijn cliënten meestal te veel last hebben van hun eigen emoties. Ook een goede voorbereiding ontbreekt. Dat maakt de kans op succes een stuk kleiner. Een goede voorbereiding is dus essentieel voor een succesvol gespreksresultaat!

Twee cliënten die bij mij een coachtraject volgden wilden meer uit hun gesprekken halen. Allebei zagen erg op tegen een lastig gesprek dat ze moesten voeren en stelden het alsmaar uit. Samen hebben we de gesprekken voorbereid. Hoe ze uiteindelijk uitpakten delen ze hier graag.

Zorg dat je wensenlijstje heel concreet is

Renate (50) werkt fulltime als financieel manager bij een groeiend Retail bedrijf. Ze rapporteert aan de CFO, totdat deze ermee stopt en de functie niet wordt opgevuld. Voor haar betekent het meer verantwoordelijkheid, meer uren en nog minder tijd voor thuis. De twijfel slaat toe. Is dit wat ze wil?

Renate: “Voordat ik het wist kreeg ik er allerlei CFO-taken bij. M’n carrière ging een kant op die ik eigenlijk niet wilde. Maar ik zei het niet. Ondertussen was er zoveel werk, dat ik alles snel en half deed. Ik werkte steeds harder en werd er doodongelukkig van. Waarom greep ik niet in? Door al mijn getwijfel en besluiteloosheid ben ik hulp gaan zoeken en kwam ik bij Ria terecht.”

Andere ambities

Tijdens mijn gesprekken met Ria leerde ik om mijn gedachten een halt toe te roepen. Begreep ik beter waarom ik het lastig vond om ‘nee’ te zeggen. Uiteindelijk was ik sterk genoeg om mijn CEO te vertellen dat ik de CFO-functie niet ambieerde en gelukkig kwam er na acht maanden eindelijk een nieuwe financiële baas. Ik kreeg weer vertrouwen. Toch wist ik dat er nog een gesprek gevoerd moest worden. Eentje waarbij ik moest laten weten wat ik dan wel wilde! Dit veel te drukke half jaar had me duidelijk gemaakt dat de balans tussen werk en privé helemaal zoek was. Zo wilde ik niet doorgaan.”

Wensenlijstje

“Spannend vond ik het gesprek. Al 18 jaar werk ik samen met mijn baas en ik was bang dat emotie de overhand zou nemen. Samen met Ria heb ik daarom dit gesprek goed voorbereid. Helder gekregen wat ik nu eigenlijk wilde en wat ik wilde bereiken. Zowel thuis als op het werk. Zo werd mijn wensenlijstje heel concreet: 1 dag minder werken, langere vakanties om te gaan reizen en alleen maar CFO ondersteunend werk. Ik had me ook voorbereid op de tegenwerpingen die misschien zouden komen en hoe ik hierop zou reageren. Door mijn verhaal vooraf in een vorm te gieten, kwam ik beslagen ten ijs en werd het een constructief gesprek. Mijn baas begreep me goed en stond open voor al mijn punten. Wat een opluchting!

Sinds een maand ben ik nu altijd op vrijdag vrij, de CFO-taken liggen echt bij de CFO en er is weer rust in m’n hoofd. En superfijn: binnenkort vertrek ik samen met mijn man voor een reis van 4 weken. Natuurlijk ga ik een moeilijk gesprek nog wel eens uit de weg of hik ik er tegenaan. Maar ik heb geleerd dat een goede voorbereiding echt het halve werk is.”

Conflicten vermijden: ik was er een ster in!

Wat doe je als een collega IT-manager steeds maar weer bepaalde taken – die toch echt bij hem horen – naar jou doorschuift? Er persoonlijk iets van zeggen! Natuurlijk ligt dat het meest voor de hand. Toch deed Cynthia (39) het niet. Tenminste niet meteen. Totdat ze de juiste tools kreeg.

Cynthia: “Ik was al een paar keer bij Ria geweest voor een coachgesprek en het viel haar op dat ik herhaaldelijk klaagde over een collega die allerlei taken van zich afschoof. Waarom ik dit dan niet persoonlijk met de persoon in kwestie besprak? Het zat me immers hoog. Maar ik durfde gewoonweg de confrontatie niet aan te gaan. Dus pakte ik die extra taken er maar bij, zocht zelf naar een oplossing. En klaagde vrolijk verder.”

Negatief en gefrustreerd

“In onze gesprekken kwam ik erachter dat ik ben opgegroeid met het idee om alles zelf uit te zoeken, om conflicten te vermijden. Ik heb een hekel aan ruzie, zowel thuis als op het werk. Dus op m’n werk slikte ik alles maar ‘gewoon’ en loste de problemen zelf wel op. Maar juist door niets te zeggen raakte ik gefrustreerd. Ik ging meer en meer met m’n hakken in het zand en werd ik als persoon steeds negatiever. Er moest iets gebeuren om deze spiraal te doorbreken.”

“Samen met Ria heb ik toen mijn gesprek met die collega – die niks wist van mijn frustratie – voorbereid aan de hand van een vragenlijst. Zo kreeg ik helder wat het doel was van dit gesprek en wat ik wilde bereiken. Belangrijk voor mij was dat mijn boodschap goed zou overkomen. Niet om mijn collega af te vallen, maar juist om tot een betere samenwerking te komen. Elkaar te ondersteunen, in plaats van werk over de schutting te gooien. Daar ging het mij om.”

Voldoening voor beide

“Uiteindelijk hadden we een heel fijn gesprek waar we beide veel voldoening uithaalden. Dat was best gaaf. Mijn collega steunde me juist in het gegeven dat ik niet alles zelf hoefde te doen. Hij gaf toe dat hij niet goed wist hoe hij bepaalde taken moest uitvoeren en stuurde ze daarom door naar mij. Ik werkte hier al zo lang, kende dus de processen. Lekker makkelijk soms voor anderen. Door mijn collega er attent op te maken bij wie hij wel moest zijn of hoe hij het zelf kon oppakken werd er veel duidelijk. Dat gaf hem ook rust. Zo zie je maar dat onwetendheid vaak onnodig voor problemen zorgt. Dit gesprek hadden we eigenlijk veel eerder moeten voeren. Klagen bracht me nergens. Nu weet ik dat de juiste tools en een goede voorbereiding een confrontatie zoveel makkelijker maken. Wat een opluchting!”

Gespreksvoorbereiding in 6 stappen

Stap 1 – Wat is de situatie?

Een belangrijke 1e stap is dat je cliënt goed zicht krijgt op de situatie: Waar gaat het precies over, wie zijn erbij betrokken, wat is het probleem en wat zijn de effecten in de praktijk. Ik let er goed op dat de informatie uit eigen waarneming wordt verkregen en niet via via. Vervolgens onderzoek ik de emoties van mijn cliënt: hoe heeft hij last van de situatie, waar wil hij vanaf en wat zou hij het liefste willen? Daarna vraag ik mijn cliënt om zich in de ander te verplaatsen wat hij aan reacties kan verwachten en wat die met hem doen? Tenslotte staan we stil bij de aanleiding: waarom kiest hij er juist nu voor om het gesprek aan te gaan.

Stap 2 – Wat wil je bereiken?

Het is erg belangrijk om een onderscheid te maken tussen doel en resultaat. Een doel ligt vaak wat verder weg en is doorgaans niet in één gesprek te bereiken. Daarom is het goed om voor ieder gesprek een gespreksresultaat te formuleren. Vragen die ik aan mijn cliënt stel zijn bijvoorbeeld: met welk resultaat ben je tevreden aan het einde van het gesprek? Wat wil je in elk geval bereikt hebben? Soms kan het helpen om zijn boodschap helder te krijgen, bijvoorbeeld ‘zo gaat het niet langer’ of ‘er moet nu echt iets gebeuren’.

Stap 3 – Wat voor soort gesprek wordt het?

Elk gesprek heeft een ander karakter en een andere aanpak. Daarom is het goed om vooraf te bedenken wat voor soort gesprek het wordt. Ik benoem de soorten gesprekken die er zijn. Desgewenst licht ik de verschillen toe, zodat mijn cliënt een goede keuze kan maken. Daarna bespreken we de aanpak, regels en aandachtspunten van de gekozen aanpak. Regelmatig geeft het de cliënt extra steun door de regels van feedback geven en ontvangen toe te lichten.

  • Aanspreken, feedback geven
  • Explorerend gesprek
  • Slechtnieuwsgesprek
  • Functioneringsgesprek
  • Beoordelingsgesprek
  • Disciplinegesprek
Stap 4 – Hoe ga je het gesprek aanpakken?

Bij de voorbereiding van een lastig gesprek sta ik ook altijd stil bij de aanpak ervan. Allereerst de intro: hoe begint het gesprek? Wat zeg je het eerst, wat daarna. Wanneer wil je de boodschap vertellen? Vervolgens bespreken we samen de gespreksagenda, vergelijkbaar met een agenda voor een vergadering of werkoverleg, met een duidelijke volgorde: welk punt komt eerst aan bod, welk punt daarna.

Afhankelijk van het soort gesprek bespreken we wanneer en hoeveel ruimte er is voor de ander. In een explorerend gesprek is die ruimte bijvoorbeeld vele malen groter dan in een disciplinegesprek. Wanneer alles is gezegd en gehoord, dan is een samenvatting van de belangrijkste punten een must.

Stap 5 – Wat zijn de afspraken?

De laatste stap van een gesprek is de afronding. Daarbij gaat het allereerst om het maken van goede en concrete afspraken: wie gaat wat doen, wanneer en wanneer kom je erop terug. Ik stimuleer mijn cliënt om na afloop van een gesprek een kort verslag te maken van de belangrijkste bespreekpunten en de gemaakte afspraken. Ter afronding is het altijd goed om te bespreken hoe het gesprek is ervaren en de ander te bedanken.

Stap 6 – Wat wil je leren?

Als we het gesprek van A tot Z goed hebben doorgesproken en voorbereid dan volgt de laatste stap. Zijn er nog belemmeringen die mijn cliënt ervaart om het gesprek met die ander aan te gaan. Waar is hij bang voor? Wat vindt hij moeilijk? Waar ziet hij tegenop?

Is dit voldoende geëxploreerd, dan staan we stil bij wat hij wil leren, hoe hij dat voor elkaar gaat krijgen en hoe hij om wil gaan met de te verwachten reacties van de ander en die van hemzelf. Ook wat hij kan doen om te voorkomen dat hij in zijn eigen valkuil trapt tijdens het gesprek. Een goede voorbereiding is het halve werk!

Wil jij ook meer uit je gesprekken halen? Laat me je dan helpen!

Op verzoek van de geïnterviewden zijn de namen van Renate en Cynthia gefingeerd.
©2018, tekst & interviews: Ria Freijsen, Talentwerk en Sabina Bles, Het Woordenbureau.

DOEN of LATEN?

Of je tevreden bent over je werk, kun je afmeten aan vijf factoren. Benut jij je talenten? Is er voldoende uitdaging en autonomie? Doe je zinvol werk? Heb je goede relaties met collega’s en voel je je eerlijk behandeld? Zodra één of meerdere factoren wringen, krijg je daar net als Anna en Sandra last van. Tijd voor actie dus.

In deze blog vertellen Anna (25) en Sandra (47) hoe ze aan de slag zijn gegaan met hun ontevredenheid. Allebei wilden ze geen langdurig en kostbaar loopbaantraject, omdat ze het zelf moesten betalen. Wel wilden ze heel graag antwoord op de vragen ‘wat wil ik nou écht en waar komen mijn talenten het beste tot hun recht’. Ik koos voor de Doen & Laten box, een prachtig instrument om snel tot de kern te komen.

Doen & Laten Box

De door Annet Brinkhuis ontwikkelde Doen & Laten Box is een kaartspel waarmee je op een speelse manier ontdekt welke activiteiten het beste aansluiten bij je kwaliteiten. Je leert waar je energie van krijgt in je werk en wat je dus vooral moet gaan doen. Ook wordt duidelijk waardoor je energie verliest en wat je dus maar beter kunt laten. Tenslotte krijg je zicht op wat je verder wilt ontwikkelen. Zo krijg je in een paar gesprekken antwoord op je vragen.

Wat past echt bij mij?

Anna (25) werkt alweer twee jaar als projectleider Marktonderzoek in Amsterdam. Een full time baan met een fijn salaris. Maar toch knaagt er iets. Is dit het nou? Ze twijfelt erg of dit de baan en carrière zijn die echt bij haar passen. In haar zoektocht naar antwoorden komt ze al googelend uit bij de praktijk van Ria. Klaar om haar carrière eens onder de loep te nemen.

Anna: “Met Ria bespreek ik mijn twijfels over m’n studie Planologie en werkrichting. Ik zie me niet nog jaren als onderzoeker werken in een 9 tot 5 baan. Ik doe nu op kantoor veel onderzoekswerk achter de computer, wat vaak op hetzelfde neerkomt. Ik merk dat ik daar niet echt blij van word. Volgens mij kan ik veel meer uit mezelf halen en laat ik nu talenten onbenut. Volgens Ria is de Doen & Laten Box een prima instrument om daar achter te komen.”

Spelen en helpen

“We gaan aan de slag met het spel dat uit 65 activiteitenkaartjes bestaat. Eerst geef ik bij alle kaartjes met uiteenlopende activiteiten aan in hoeverre ik ze wel of niet leuk vind om te doen. Daarna volgt de vraag in hoeverre ik die activiteiten wel of niet goed kan.

Al snel wordt zichtbaar wat me energie geeft en waar mijn talenten liggen. Als een soort rode draad komen ‘spelen’ en ‘helpen’ naar voren. Ook wordt duidelijk dat ik graag met kinderen omga en dat muziek heel belangrijk voor me is. Ik geef in mijn vrije tijd muziekles aan kinderen en organiseer allerlei activiteiten voor ze. De vraag is dus of ik hier mijn baan van zou willen maken. Na ons gesprek ga ik hierover met allerlei mensen in gesprek. Ontzettend leuk en leerzaam. Maar erover doorpratend ontdek ik, dat dit nu vooral een hobby moet blijven.”

Op onderzoek

“De kaartjes tonen ook aan dat ik erg van planologie houd. Ik ben het niet voor niets gaan studeren. Alleen past mijn huidige functie niet meer bij mijn interesses. We gaan daarom op zoek naar variaties in het beroep van planoloog. De vacatures en beroepen in Jobport – een professionele vacature- en beroepen zoekmachine – helpen daar goed bij. Maar het meeste inzicht geven de gesprekken die ik met verschillende mensen heb gevoerd.”

Wat ’n boost

“Uit mijn korte loopbaanonderzoek komt duidelijk naar voren dat ik een match heb met kindercoach én planoloog. Mijn conclusie is dat ik op korte termijn op zoek ga naar baan als planoloog, met meer focus op ruimtelijke ontwikkeling en contact met mensen. Het liefst bij de overheid. Ik wil meer achter dat bureau vandaan. Ik weet nu ook dat ik op de lange termijn zeker iets ga doen met kindercoaching en dat ik hier het beste mee kan beginnen naast mijn baan. Wel fijn hoor, om jezelf eens goed onder de loep te nemen. Ik weet nu wat ik kan en wat bij me past. Dat geeft je echt een boost!”

Ben ik op de goede weg?

De afgelopen tijd kreeg Sandra (47) zowel privé als op het werk nogal wat voor haar kiezen. Dit zorgde ervoor dat ze met een burn-out thuis kwam te zitten. Inmiddels is ze weer aan het re-integreren en heeft ze gekozen voor een kort loopbaantraject bij Ria. ‘Om te weten of ik op de goede weg ben.’

Twee sessies

Sandra: “Eenmaal thuis met een burnout op de bank heb je ontzettend veel tijd om na te denken. Over wie je bent, wat je wilt, wat je kan. Je blijft maar malen. Ik was mezelf een beetje kwijt en kon wel wat hulp gebruiken. Door al dat denken twijfelde ik enorm aan m’n baan als juridisch secretaresse. Ligt daar echt mijn hart? Misschien heb ik wel hele andere talenten die ik nu onbenut laat? Met die vragen kwam ik bij Ria terecht. Budget technisch moest ik kiezen voor een kort loopbaantraject van twee sessies en een LoopbaanScan. Gelukkig kom je daar een heel eind mee.”

Taart bakken

“Voor ons eerste gesprek kreeg ik de opdracht om thuis de online LoopbaanScan te maken. Deze bestaat uit vijf online vragenlijsten, die meer inzicht geven in wie ik ben, waar ik energie van krijg en welke kwaliteiten ik het beste kan inzetten in mijn werk. De resultaten bespreken we pas tijdens ons tweede gesprek. Want eerst ga ik in sessie één aan de slag met de Doen & Laten Box met 65 activiteitenkaartjes. Hieruit moet blijken wat ik wel en niet leuk vind om te doen in een baan, waar ik energie van krijg en welke activiteiten de moeite waard zijn om te ontdekken.

Wanneer het spel is gespeeld springen vier activiteiten er uit: taal & tekst, creatief, fysiek en zelfstandig ondernemer. Ik zie de ingrediënten op tafel liggen, maar kan er nog geen taart van bakken. In mijn huidige baan ben ik eigenlijk alleen met taal & tekst bezig. In ons gesprek komt duidelijk naar voren, dat ik graag meer met taal wil doen, ik ben gek op lezen en stamboomonderzoek, scherp op grammatica en goed in redigeren van teksten. Bijvoorbeeld bij een bibliotheek, uitgeverij of gemeentelijk archief. Of werken als taalcoach om buitenlanders te ondersteunen met allerlei formulieren.”

Vertrouwen

“Tijdens onze tweede sessie bespreken we de resterende activiteitenkaartjes en de uitkomsten van de LoopbaanScan. Hierin vind ik veel herkenning. We onderzoeken mijn creatieve interesses en vinden de link met taal. Ik vind het bijvoorbeeld erg leuk om uitnodigingskaarten te illustreren met mooie letters en cijfers. Vooralsnog blijft het een hobby. Fysiek krijgt betekenis in beroepen waarin ik mensen kan helpen door met mijn handen te werken. Bijvoorbeeld iets in de wellness branche. Het mooie is, dat de Scan handvatten geeft voor concrete interessegebieden en sectoren. Momenteel laat ik het thuis in alle rust bezinken. Ik voer gesprekken met mensen en denk na over de verschillende opties. Misschien moet ik wel gaan denken aan een kantoorbaan voor een paar dagen en dan nog iets creatiefs voor ernaast. Op dit moment houd ik m’n opties nog open…..”

Doen & Laten Box in 6 stappen

 Stap 1: Wat doe ik graag?

Voordat mijn cliënt aan de slag gaat leg ik 5 aantrekkelijkheidskaarten onder elkaar op tafel neer: Doe ik heel graag | Doe ik met plezier | Neutraal | Doe ik liever niet | Heb ik een hekel aan. Vervolgens vraag ik mijn cliënt om de 65 activiteitenkaarten achter deze 5 kaarten te leggen. De enige vraag die telt is ‘Hoe leuk vind ik het om deze activiteiten te doen’?

Stap 2: Waar ben ik goed in?

Zijn alle activiteitenkaarten gelegd, dan plaats ik de 3 ervaringskaarten naast elkaar bovenaan op de tafel. Van links naar rechts zijn dat: Ben ik heel goed in | Redelijk goed in | Niet zo goed in/weet ik niet. Vervolgens vraag ik aan mijn cliënt om de 65 activiteitenkaartjes per rij onder deze 3 kaarten neer te leggen. De enige vraag die hierbij telt is ‘Hoe goed ben ik in deze activiteit’?

Stap 3: Uitleg over de 5 velden

Als alle kaarten zijn gelegd (dit duurt ongeveer een half uur) dan zie je op tafel achter elke aantrekkelijkheidskaart een of meerdere ervaringskaarten liggen. Om hier structuur in te krijgen, breng ik een aantal lijnen aan met geleurd plaktape. Hierdoor worden de 5 verschillende velden zichtbaar.

DOEN!: Het zou prachtig zijn als de activiteiten in dit veld in je (volgende) baan zitten, want ze passen goed bij wat je wilt en kunt.
ONTPLOOIEN!: In dit veld ligt je uitdaging en je ontwikkelmogelijkheden.
VONDST!: De kaartjes in dit veld vragen om nader onderzoek.
BERADEN!: De vraag hier is: wat wil je ermee? Je bent er goed in, maar je vindt het niet leuk.
LATEN!: De kaartjes in dit veld spreken duidelijke taal: je vindt deze activiteiten niet leuk en je kunt ze ook niet goed. Laten dus!

Stap 4: Exploreren van de velden

De belangrijkste stap volgt nu, namelijk het grondig exploreren van de kaartjes. Te beginnen met het veld DOEN! Want daar zit de energie. Kaartje voor kaartje stel ik allerlei vragen en hier neem ik veel tijd voor. Bijvoorbeeld: Wat precies vind je er zo leuk aan, vertel er eens over. Wanneer heb je er ervaring mee opgedaan en hoe ging dat? Stel dat je deze activiteit in je volgende baan zou kunnen doen, hoe zie je dat dan voor je? Hierbij doe ik een beroep op de ervaringen en op de fantasie. Het exploreren van dit veld duurt de rest van het eerste gesprek. Als er nog tijd over is bespreken we één van de andere velden. Na het 1e gesprek maken we een foto van de kaartjes en leg ik ze vast in een format, zodat ze bij ons volgende gesprek meteen weer goed op tafel liggen.

Stap 5: Opdracht mee naar huis

Een opdracht kan bijvoorbeeld zijn: Vraag aan een aantal mensen wat voor kwaliteiten zij bij jou zien. Of: Zoek in je netwerk naar mensen die jouw droombaan doen en ga met hen in gesprek. Zo kun je onderzoeken of de gewenste richting echt bij je past en wat je moet doen om er te komen. Een opdracht kan ook zijn: Zoek een aantal vacatures waar je jouw gewenste activiteiten in terugvindt. Een prachtig hulpmiddel hierbij is Jobport, een professionele vacature- en beroepenzoekmachine. De uitwerking van de opdracht is input voor het 2e gesprek.

Stap 6: Bespreken opdracht en afronden

Het 2e gesprek staat in het teken van de gemaakte opdracht en de rest van de activiteitenkaartjes. Zo ontstaat een compleet beeld van de nieuwe loopbaanrichting. Aan het einde van het gesprek staan we stil bij de vraag of er nog een 3e gesprek nodig is. Soms volgt er nog een opdracht voor thuis.

Extra’s: LoopbaanScan en Jobport

Naast de Doen & Laten Box zet ik bij sommige cliënten ook nog de LoopbaanScan in. Dit zijn vijf gevalideerde online-vragenlijsten die de cliënt thuis invult vóór het 1e gesprek. De uitgebreide loopbaanrapportage stuur ik pas op ná het 1e gesprek en deze bespreken we in het 2e gesprek. Hierdoor kunnen we de uitkomsten goed met elkaar vergelijken. De rapportage geeft vaak een bevestiging, maar ook aanvullende informatie over persoonlijkheid, talenten, drijfveren, interessegebieden en competenties. Als mensen het moeilijk vinden om hun interesses en kwaliteiten te vertalen naar banen en vacatures, zet ik Jobport in.

Wil jij ook snel zicht op je volgende stap? Kom dan eens langs!

* Op verzoek van de geïnterviewden zijn de namen van Anna en Sandra gefingeerd.
©2017, tekst & interviews: Ria Freijsen, Talentwerk en Sabina Bles, Het Woordenbureau.

 

 

Klagende medewerkers: hoe pak je dat aan?

Wat doe je als leidinggevende wanneer collega A bij jou komt klagen over collega B? En wat doe je wanneer je de klacht niet herkent of niet zelf hebt waargenomen? Tijdens mijn coachtrajecten met leidinggevenden komen deze vragen regelmatig voorbij.

Wat je vooral niet moet doen is in de valkuil trappen om afzonderlijk met medewerker A en medewerker B te praten over wat je hebt gehoord. Want voor je het weet sta je tussen beide of word je partij. Daar komt bij dat je van B de vraag kunt verwachten wie er heeft geklaagd en wat er is gezegd. Lastig, want op dergelijke vragen kun je geen antwoord geven zonder het vertrouwen van A of andere collega’s te beschamen.

Marijn, teamleider van een grote afdeling, kwam in zo’n situatie terecht en wilde hier graag uitkomen. In onze coachgesprekken hebben we zijn situatie en de effecten ervan besproken. Ook zijn wens om het anders aan te gaan pakken. Om hem te helpen hebben we mijn stappenplan gevolgd, wat hieronder verder wordt uitgewerkt. Daardoor is er het nodige veranderd. Zowel bij hemzelf, als binnen zijn team.

Marijn (40) werkt in een ziekenhuis en geeft leiding aan zo’n 80 mensen. Zijn team bestaat grotendeels uit vrouwen en dat het onderling wel eens botst, dat is niet zo vreemd. Regelmatig staat er iemand aan zijn bureau om te klagen over een collega. Niet prettig, wel de realiteit. Maar wat hij ook doet, het gekibbel blijft en er wordt niets opgelost.

Marijn: “Dat begon flink op mijn schouders te drukken. Ik heb een drukke baan, mail en appjes blijven maar komen. Je wilt dan graag dat alles binnen het team lekker loopt en dat iedereen zijn verantwoordelijkheid pakt. Maar regelmatig staat er iemand aan mijn bureau om te klagen over een collega. Ik merkte dat medewerkers het lastig vinden om iemand direct ergens op aan te spreken, om elkaar feedback te geven. En omdat ze dat niet durven of niet kunnen, komen ze naar mij. Mijn valkuil is dat ik een echte oplosser ben, een regelneef, wil graag dat dingen worden uitgepraat. Maar door alle drukte kom ik daar niet aan toe. Dus hield het gekibbel aan, bleven mensen komen en kreeg ik er stress van.”

Coach en procesbegeleider

“Door het coachen van Ria ben ik de problemen tussen collega’s anders gaan benaderen. Ik moet ze namelijk niet zelf willen oplossen, maar het de ‘klagende’ medewerkers zelf laten doen. Dus niet als oplosser te werk gaan, maar als coach van de klagers. Of als procesbegeleider, wanneer ze er niet uitkomen. Ik ontdekte: als ik de klager leer om feedback te kunnen geven, dan kan hij het straks zelf. En dan hoef ik uiteindelijk alleen maar te faciliteren: ervoor zorgen dat medewerker A en B met elkaar om de tafel gaan zitten, naar elkaar luisteren en samen tot een oplossing komen. Daar maken ze dan samen concrete afspraken over. En komen ze er niet uit, dan gaan we een 3-gesprek aan. Met mij er bij als procesbegeleider.”

Win-win situatie

“Inmiddels heb ik de nieuwe aanpak al verschillende keren uitgeprobeerd en ik moet zeggen dat het goed gaat. Mensen uit mijn team moeten wel even wennen aan de nieuwe Marijn, maar ze hebben er begrip voor. Mijn manier van communiceren is duidelijker geworden, ik laat de dingen niet meer op z’n beloop en ik zorg ervoor dat medewerkers hun eigen verantwoordelijkheid gaan nemen. Ik merk dat medewerkers dat juist prettig vinden. Een pure win-win situatie. Zelf geeft het mij veel rust, het wordt weer helder in mijn hoofd. Ik merk dat ik door deze aanpak een stuk steviger in mijn schoenen sta!”

Collega A komt klagen over collega B. Wat doe je dan?


Stap 1: Feedback stimuleren tussen A en B
  1. Bespreek met A of hij de klacht zelf al met B heeft besproken.
  2. Als dat niet zo is, vraag dan wat A belemmert om dit te doen.
  3. Vraag hoe je A kunt helpen om de klacht met B te gaan bespreken.

Wat kan A zoal belemmeren?

  • Angst: collega A is bang voor de reactie van collega B.
    Bang om niet meer aardig gevonden te worden, om de relatie met B op het spel te zetten etc.
  • Onkunde: A weet niet hoe je op een constructieve manier feedback moet geven.
    Hij is bang voor de reactie van B en weet niet hoe hij daarop kan reageren etc.
  • Emoties: A heeft last van zijn eigen boosheid of verdriet.
    Hij vindt het lastig om een onderscheid te maken tussen zijn ergernis en de feitelijke situatie. Hij weet niet hoe hij zijn eigen emoties onder controle kan krijgen etc.

In alle gevallen help je A door coaching:

  • wat is precies de klacht (wie, wat, waar, wanneer)?
  • wat zijn feiten en emoties?
  • wat is het effect van de klacht op A, persoonlijk en in het werk?
  • wat wil A bereiken met B (gewenste resultaat)?
  • wat is de verwachte reactie van B? Hoe kan A daarop reageren?
  • Hoe kan A het gesprek met B het beste aanpakken?

Ter afronding: Spreek af wanneer A het gaat bespreken met B en wanneer jullie er samen op terugkomen.

Stap 2: Een 3-gesprek organiseren met A en B

Een 3-gesprek organiseer je:
1. Als A niet zelf in gesprek wil of durft te gaan met B.
2. Als A het erbij wil laten zitten, maar wel blijft klagen.
3. Als jij vindt dat de klacht opgelost moet worden.

Wanneer je het belangrijk vindt dat er wat gedaan wordt met de klacht, dan moet je A erop wijzen dat je de klacht niet accepteert zonder erover in gesprek te gaan met B. Pas dan kan er iets aangepakt en opgelost worden. Geef aan dat je B zult uitnodigen voor een 3-gesprek en dat jij de rol van procesbegeleider hierin aanneemt.

Deze aanpak kan een voorbeeldfunctie gaan vervullen voor de rest van het team. Door op deze manier om te gaan met klachten, bereik je stap voor stap dat medewerkers mét elkaar in plaats van over elkaar gaan praten. Jij hebt ze immers geleerd om hun eigen problemen op te lossen of – als dat niet lukt – hulp aan te bieden bij het oplossen hiervan.

Stap 3: Een 3-gesprek voeren in de rol van procesbegeleider

Randvoorwaarden voor een goed gesprek:

  • Een rustige kamer waar je niet gestoord wordt.
  • Voldoende tijd.

Start van het 3-gesprek (introductie)

  • Je vertelt waarom jullie bij elkaar zitten en wat het doel is van het gesprek.
  • Je geeft aan dat eerst A de gelegenheid krijgt om zijn klacht toe te lichten en dat B vervolgens hierop mag reageren.
  • Je licht jouw rol als procesbegeleider toe: A en B voeren het gesprek, zelf doe je er inhoudelijk niet aan mee.
  • Als procesbegeleider zorg je ervoor dat het gesprek tussen beide zo goed mogelijk verloopt, dat er geen ruis ontstaat. Dat emoties worden benoemd, dat er naar elkaar wordt geluisterd en dat er een oplossing komt waar beiden aan meewerken.
Het 3-gesprek

Exploreren van de klacht:

  • Je geeft als eerste het woord aan klager A. Vraag B om rustig te luisteren.
  • Stimuleer A om te vertellen: wat is zijn klacht/probleem (maak onderscheid tussen feiten en emoties), hoe heeft hij er last van in het werk, wat doet het met hem (emoties), wat zou hij graag anders willen en welke oplossing ziet hij.
  • Vraag B om de kern van A’s verhaal in eigen woorden samen te vatten. Geef B de gelegenheid om vragen te stellen ter verduidelijking. A kan deze dan toelichten.
  • Na het verhaal van A geef je B de gelegenheid om te reageren.
  • Vraag nu aan A om de kern van B’s reactie samen te vatten. Geef A de gelegenheid om vragen te stellen ter verduidelijking. B kan deze dan toelichten.
  • Zoek naar wederzijds begrip.

Aandachtspunten in het gesprek:

  • Als je merkt dat B zijn eigen verhaal gaat vertellen in plaats van te reageren op A, grijp dan in en vraag of B eerst wil reageren op A.
  • Schiet B in de verdediging of reageert hij met ‘ja maar jij ….’, benoem dan wat je waarneemt aan gedrag of emoties en vraag B om te reageren op wat A heeft gezegd.
  • Heeft B echt een punt, zeg dan dat hij straks aan de beurt komt als het punt van A is opgelost.

Oplossing zoeken:

  • Als je merkt dat de klacht voldoende is geëxploreerd, zoek dan samen naar een manier om de klacht op te lossen. Laat A en B beide hierover meedenken.
  • Richt je op een oplossing waar zowel A en B en jij als leidinggevende tevreden mee zijn.

Afspraken maken:

  • Spreek goed af wat de wederzijdse verwachtingen zijn en wie wat gaat doen. Vraag aan beiden hoe ze zich persoonlijk zullen inzetten om het probleem uit de wereld te helpen.
  • Spreek af wanneer jullie er op terugkomen.

Samenvatten:

  • Als de klacht voldoende is besproken, een oplossing is geformuleerd en de verwachtingen helder zijn, dan is het goed om de kernpunten nog een keer samen te vatten.
  • Check bij A en B of de samenvatting een goede weergave is van het gesprek en de afspraken die er zijn gemaakt.

Gesprek afronden:

  • Bedank A voor het bespreekbaar maken van de klacht.
  • Bedank B voor zijn medewerking aan het oplossen van de klacht.
  • Evalueer het gesprek: hoe tevreden zijn A en B over het gesprek.
  • Wens beiden succes met het realiseren van de gemaakte afspraken.
Aandachtspunt

Soms wordt in het gesprek duidelijk, dat het probleem niet werk-gerelateerd is, maar ontstaat door conflicterende persoonlijkheden. Maak dan duidelijk dat je professioneel handelen verwacht. Collega’s hoeven niet elkaars beste vrienden te worden, maar moeten wel professioneel samenwerken.

Wil je ook van klagende medewerkers af? Kom dan eens praten!

* Op verzoek van de geïnterviewde is de naam van Marijn gefingeerd.
©2017, tekst & interviews: Ria Freijsen, Talentwerk en Sabina Bles, Het Woordenbureau.